„nek“: zelfstandig naamwoord nek [nɛk]zelfstandig naamwoord | Substantiv subst <-ken> Übersicht aller Übersetzungen (Für mehr Details die Übersetzung anklicken/antippen) Nacken, Genick Nackenmannelijk | Maskulinum, männlich m nek Genickonzijdig | Neutrum, sächlich n nek nek Beispiele zijn nek breken ook | aucha. figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfig sich das Genick brechenook | auch a. figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfig zijn nek breken ook | aucha. figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfig zijn nek uitsteken figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfig sich (weit) vorwagen figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfig zijn nek uitsteken figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfig over zijn nek gaan populair | populär, salopppop kotzen populair | populär, salopppop over zijn nek gaan populair | populär, salopppop over zijn nek gaan van iets populair | populär, salopppop iets | etwasetwas zum Kotzen finden populair | populär, salopppop over zijn nek gaan van iets populair | populär, salopppop uit zijn nek kletsen (of | oderod lullen) populair | populär, salopppop ins Blaue hinein schwatzen populair | populär, salopppop uit zijn nek kletsen (of | oderod lullen) populair | populär, salopppop Beispiele ausblendenBeispiele anzeigen