„cent“: zelfstandig naamwoord cent [sɛnt]zelfstandig naamwoord | Substantiv subst Übersicht aller Übersetzungen (Für mehr Details die Übersetzung anklicken/antippen) Cent, 1/100 Gulden, Pfennig Centmannelijk | Maskulinum, männlich m cent cent 1/100 Gulden cent geschiedkundig | GeschichteHIST cent geschiedkundig | GeschichteHIST Pfennigmannelijk | Maskulinum, männlich m cent figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfig cent figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfig Beispiele centenmeervoud | Plural pl omgangstaal | umgangssprachlichumg Monetenmeervoud | Plural pl Piepenmeervoud | Plural pl omgangstaal | umgangssprachlichumg centenmeervoud | Plural pl omgangstaal | umgangssprachlichumg geen cent waard zijn keinen Pfifferling wert sein zu nichts zu gebrauchen sein geen cent waard zijn geen rode cent bezitten keinen roten Heller besitzen geen rode cent bezitten tot (op) de laatste cent auf Heller und Pfennig tot (op) de laatste cent voor geen cent figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfig omgangstaal | umgangssprachlichumg kein bisschen figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfig omgangstaal | umgangssprachlichumg voor geen cent figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfig omgangstaal | umgangssprachlichumg iemand voor geen cent vertrouwen jemandem nicht über den Weg trauen iemand voor geen cent vertrouwen Beispiele ausblendenBeispiele anzeigen
