„barsten“: werkwoord barstenwerkwoord | Verb v <zijn hulpwerkwoord zijn | Hilfsverbzn> Übersicht aller Übersetzungen (Für mehr Details die Übersetzung anklicken/antippen) bersten, platzen, springen bersten, platzen, (zer)springen barsten barsten Beispiele barsten van bersten vor (datief, 3e naamval | Dativdat) platzen vor (datief, 3e naamval | Dativdat) barsten van zich te barsten lachen omgangstaal | umgangssprachlichumg vor Lachen platzen omgangstaal | umgangssprachlichumg zich te barsten lachen omgangstaal | umgangssprachlichumg tot barstens toe vol zum Bersten voll tot barstens toe vol