„huis“: onzijdig huis [hœys]onzijdig | Neutrum, sächlich n Übersicht aller Übersetzungen (Für mehr Details die Übersetzung anklicken/antippen) Haus, Heim, Gehäuse Hausonzijdig | Neutrum, sächlich n huizen huis huis Heimonzijdig | Neutrum, sächlich n huis huis Gehäuseonzijdig | Neutrum, sächlich n huis techniek | TechnikTECH huis techniek | TechnikTECH Beispiele eigen huis Eigenheimonzijdig | Neutrum, sächlich n eigen huis open huis figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfig Tagmannelijk | Maskulinum, männlich m der offenen Tür figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfig open huis figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfig aan huis brengen ins Haus bringen aan huis brengen naar huis nach Hause, heim naar huis van huis uit von Hause aus van huis uit van goeden huize aus gutem Hause van goeden huize van huis zijn nicht zu Hause sein, unterwegs sein van huis zijn nog verder van huis zijn figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfig vom Regen in die Traufe kommen figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfig nog verder van huis zijn figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfig Beispiele ausblendenBeispiele anzeigen