„vet“: bijvoeglijk naamwoord vetbijvoeglijk naamwoord | Adjektiv adj Übersicht aller Übersetzungen (Für mehr Details die Übersetzung anklicken/antippen) fett, fettig, toll, geil, total fett vet vet fettig vet vet toll, geil vet populair | populär, salopppop vet populair | populär, salopppop total vet vet Beispiele hij is er vet mee omgangstaal | umgangssprachlichumg damit kann er nichts anfangen omgangstaal | umgangssprachlichumg hij is er vet mee omgangstaal | umgangssprachlichumg hij is er vet mee damit ist ihm kaum geholfen hij is er vet mee „vet“: onzijdig vetonzijdig | Neutrum, sächlich n <-ten> Übersicht aller Übersetzungen (Für mehr Details die Übersetzung anklicken/antippen) Fett, Schmalz, Schmiere Fettonzijdig | Neutrum, sächlich n vet vet Schmalzonzijdig | Neutrum, sächlich n vom Schweinook | auch a. vet vet ook | aucha. Schmierevrouwelijk | Femininum, weiblich f vet techniek | TechnikTECH vet techniek | TechnikTECH Beispiele iemand in zijn eigen vet laten gaar worden omgangstaal | umgangssprachlichumg jemanden schmoren lassen omgangstaal | umgangssprachlichumg iemand in zijn eigen vet laten gaar worden omgangstaal | umgangssprachlichumg