„onzuiver“: bijvoeglijk naamwoord onzuiver [-ˈzœyv̊ər]bijvoeglijk naamwoord | Adjektiv adj Übersicht aller Übersetzungen (Für mehr Details die Übersetzung anklicken/antippen) unsauber, unrein, unlauter, Brutto- unsauber, unrein onzuiver onzuiver unlauter onzuiver onzuiver Brutto- onzuiver economie | WirtschaftWIRTSCH onzuiver economie | WirtschaftWIRTSCH Beispiele onzuivere bedoelingenmeervoud | Plural pl unlautere Absichtenvrouwelijk meervoud | Femininum Plural fpl onzuivere bedoelingenmeervoud | Plural pl