„onberijdbaar“: bijvoeglijk naamwoord onberijdbaar [-ˈrɛĭd-]bijvoeglijk naamwoord | Adjektiv adj Übersicht aller Übersetzungen (Für mehr Details die Übersetzung anklicken/antippen) unbefahrbar, unpassierbar unbefahrbar, unpassierbar onberijdbaar onberijdbaar