inkomen
[ˈ-koːm-]intransitief/onovergankelijk werkwoord | intransitives Verb v/iÜbersicht aller Übersetzungen
(Für mehr Details die Übersetzung anklicken/antippen)
- (her)einkommeninkomeninkomen
- eingeheninkomeninkomen
Beispiele
- ingekomen post(Post-)Eingängemannelijk meervoud | Maskulinum Plural mplingekomen post
- inkomende rechtenonzijdig meervoud | Neutrum Plural nplEinfuhrzöllemannelijk meervoud | Maskulinum Plural mplinkomende rechtenonzijdig meervoud | Neutrum Plural npl
- daar komt niets van in!daraus wird nichts!daar komt niets van in!
inkomen
[ˈ-koːm-]onzijdig | Neutrum, sächlich n <-s>Übersicht aller Übersetzungen
(Für mehr Details die Übersetzung anklicken/antippen)
- Einkommenonzijdig | Neutrum, sächlich ninkomeninkomen
Beispiele
- reëel inkomenRealeinkommenonzijdig | Neutrum, sächlich nreëel inkomen
- jaarlijks inkomenJahreseinkommenonzijdig | Neutrum, sächlich njaarlijks inkomen
