„ergeren“: werkwoord ergerenwerkwoord | Verb v Übersicht aller Übersetzungen (Für mehr Details die Übersetzung anklicken/antippen) verärgern (ver)ärgern ergeren ergeren Beispiele zich ergeren (aanof | oder od over) sich ärgern (überaccusatief, 4e naamval | Akkusativ akk) zich ergeren (aanof | oder od over)
