doos

"doos" Deutsch Übersetzung

„doos“: zelfstandig naamwoord

zelfstandig naamwoord | Substantiv subst <dozen>

(Für mehr Details die Übersetzung anklicken/antippen)

Dosevrouwelijk | Femininum, weiblich f
doos

Büchsevrouwelijk | Femininum, weiblich f
doos

doos
Schachtelvrouwelijk | Femininum, weiblich f
doos

Kastenmannelijk | Maskulinum, männlich m
doos

doos
Kartonmannelijk | Maskulinum, männlich m
doos

doos
dumme Nussvrouwelijk | Femininum, weiblich f dummes Mädchen
doos pejoratief, kleinerend | pejorativ, abwertendpej

doos pejoratief, kleinerend | pejorativ, abwertendpej
Büchsevrouwelijk | Femininum, weiblich f Vagina
doos vulgair | vulgärvulg

doos vulgair | vulgärvulg

Beispiele

kartonnen doos

(Papp-)Kartonmannelijk | Maskulinum, männlich m

Pappschachtelvrouwelijk | Femininum, weiblich f

kartonnen doos
zwarte doos

Flugschreibermannelijk | Maskulinum, männlich m

zwarte doos
uit de oude doos figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfig

aus der Mottenkiste figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfig

uit de oude doos figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfig

Kartonmannelijk | Maskulinum, männlich m