aanrijding
[ˈ-rɛĭdɪŋ]zelfstandig naamwoord | Substantiv substÜbersicht aller Übersetzungen
(Für mehr Details die Übersetzung anklicken/antippen)
- Zusammenstoßmannelijk | Maskulinum, männlich maanrijdingaanrijding
- Unfallmannelijk | Maskulinum, männlich malgemeen | allgemein allgemeinaanrijdingaanrijding